19 november 2005

Excursie: Ravenhof

Deze voormiddag was het excursie in Ravenhof/Moretusbos. De gids was Harry Vanderhorst, die ik reeds kende van de moeraswespenorchis-werkdagen bij New Holland in de haven. Harry is ook natuurgids en destijds had hij Ravenhof uitgekozen voor zijn terreinstudie. Hij weet dus heel veel van het gebied en was dan ook de perfecte gids voor vandaag.

Eerst kregen we een beetje geschiedenis over het kasteel Ravenhof te horen. Wie er allemaal in gewoond heeft en wat de invloed daarvan was op de natuur. Rondom het kasteel is een park aangelegd, met vele rechte lanen. Enkele van deze lanen hebben een speciale oriëntatie, zij zijn gericht op een aantal kerken in de omgeving, en er is zelfs een laan die gericht is op de Kathedraal van Antwerpen. Achter het kasteel staan twee taxusbomen, een mannetje en een vrouwtje. Deze boom is dus tweehuizig, en je kan de 2 geslachten makkelijk uit mekaar houden. De mannelijke taxus is eerder bij mekaar gehouden, met het stuifmeel aan de buitenzijde van de kruin, terwijl de vrouwelijke taxus haar takken spreidt om het stuifmeel maximaal op te vangen.

Een beetje verder langs de vijver staat koningsvaren, dit is een speciale varen want waar de meeste varens sporendoosjes vormen aan de onderzijde of de rand van het blad, heeft deze varen een soort aar, waarop de sporendoosjes samen zitten. Langs de vijver vinden we ook de watercipres, een boom waarvan men dacht dat die was uitgestorven, maar die toch nog bleek te groeien in een of andere Chinese of Japanse keizerlijke tuin. Enkele meters verderop staat een moerascipres. We mochten zelf de verschillen zoeken tussen deze twee soorten.

Dan gingen we het bos in, en werd er verteld over de Amerikaanse eik, over de rottingsprocessen bij bomen, zachtrotters, echte rotters, welke soorten zwammen hierin een rol spelen, hoe zwammen nuttig kunnen zijn bij de opruim, maar ook hoe ze schadelijk kunnen zijn. Harry vond nog een losliggend eekhoorntjesbrood. Het was de eerste keer dat ik deze eetbare zwam zag. En echt groot was hij niet, verderop in het bos, zagen we ook nog enkele exemplaren staan, gewoon tussen de beukenblaadjes op de grond. We zagen en voelden de spekzwoerdzwam. We zagen en roken de grote stinkzwam (het gele slijm van het duivelsei zou goed zijn voor je huid...)

Op dat moment hadden we toch al wel echt koude voeten gekregen. De rest konden we goed inpakken met muts, sjaal en handschoenen, maar we zouden eens een goed stukje moeten kunnen doorstappen om terug warme voeten te krijgen. Heel de ochtend was het al mistig, met een zon die er wel tussendoor priemde (wat mooie beelden opleverde), maar toen we in de zon gingen staan, deed dat echt wel goed... (alleen die voeten nog, hé).

In het bos zagen we nog dubbelloof staan, dat is een soort varen die ik enkele weken geleden voor het eerst heb gezien in Pannenhoef in Nederland (tijdens een uitstap met de fotoclub). Verderop in het bos stond dan een afgeknakte beuk, met daarop veel en grote tondelzwammen. Van dichtbij bekeken zijn dat echt mooie dingen, maar wel steenhard, ze waren zelfs zo groot, dat je ze zou kunnen gebruiken als kinderzitje... In een dode boom heb je ook veel kans op spechten en aan de vorm van het gat kun je al zien welke specht hier heeft gewoond. Op een omgevallen boom, zagen we nog een heleboel zwarte ronde "bolletjes", het leek wat op kikkerdril, maar dan hard geworden. Dit is de kogelhoutskoolzwam... de namen van de zwammen worden langer en langer...

Dan konden we eindelijk een tijdje doorstappen en kregen we terug warme voeten. We gingen naar een ander deel van het park en liepen over "dijken". Die waren niet bedoeld om het water tegen te houden, maar voor de adel. Zo konden ze over die dijken flaneren, zodat iedereen hen kon zien. Nu kun je nog steeds over die dijken flaneren, maar niemand zal je zien, want ze zijn volgegroeid met rododendrons. Ze zijn wel bezig om dit landschap stilaan terug om te vormen naar de "oorspronkelijke" toestand (maar wat heet: oorspronkelijk???)

Het strafste van al was, dat het bovenop de dijk nat en slijkerig was, terwijl het beneden op de heide droog en schraal was... Op de dijken troffen we nog enkele zeedennen aan. Dit is een boom uit het Middellandse Zee-gebied, en hier is ongeveer de meest noordelijke groeiplaats van de zeeden. De kegels zijn geliefd bij bloemschikkers omwille van hun grootte. Op de heide vonden we rendiermos en scheen de zon prachtig door de mist. Harry wist nog vanalles te vertellen over de cyclus van de ijstijden.

Harry toont rendiermos

We keerden terug langs de Gloriette, een theehuisje op een kunstmatige heuvel, waar de adellijke dames op zondagnamiddag naartoe wandelden...

Toen iedereen naar huis vertrok, ben ik met Harry in het bos achter het Ravenhof nog op zoek gegaan naar een paddestoel. Harry had die gisteren ook al gezien en hij vroeg zich af of het wel een stinkzwam was. En ja, hoor, het was een grote stinkzwam, nog als duivelsei, maar al wel opengebarsten en de bruine top van de stinkzwam kwam al een beetje door het gele slijm door. Nadat we daar nog enkele foto's van gemaakt hadden, keerden we naar de parking terug.

Dit was een mooie kennismaking met het Moretusbos/Ravenhof. Om nog eens terug te komen met fotogerief...

10 november 2005

Les 4: Ecologie

De les van gisteren werd gegeven door Gilbert Van Ael, die geen onbekende is voor mij. Ik heb in Hoboken tijdens mijn studies industrieel ingenieur nog les van hem gekregen in de organische chemie. Maar ik had nooit gedacht dat hij al 20 jaar natuurgids is, en dat hij al 10 jaar de les van Ecologie geeft. Toen we tijdens de pauze wat stonden te praten, bekeek hij mij en vroeg hij: "Oud-student?" Inderdaad, hij had het goed gezien... Af en toe komt hij in de cursus natuurgids wel eens een oud-student tegen.

Het was vooral een theoretische les, en daarmee wil ik niet zeggen dat we alleen maar moeilijke begrippen en theorie gezien hebben. We hebben ook veel voorbeelden gezien, maar er was dit keer geen praktijkopdracht, zoals de vorige les met de gesteenten, of de les daarvoor met de planten. Hij sprak over de abiotiek, een biotoop, een ecosysteem, een ecotoop, over de relaties tussen individuën van dezelfde soort, over relaties tussen individuën van verschillende soorten (en het ene kun je niet los zien van het andere) en op het einde over de verschillende processen die er zoal plaatshebben.

We hebben veel nieuwe en moeilijke woorden bijgeleerd (bijvoorbeeld commensalisme, mutualisme, co-operatie, ...), maar Gilbert Van Ael heeft het goed gebracht, met vele praktische voorbeelden, waardoor het toch interessant bleef.

06 november 2005

Terreinbezoek Wijtschot (1)

Deze namiddag heb ik mijn eerste terreinbezoek (in het kader van de opleiding tot natuurgids) gedaan in het Wijtschot. Daarbij heb ik maar een stukje van het gebied bezocht, nl. de hoge berm die vlak naast de Wijtschotbaan ligt. Die berm is ingedeeld in twee hoogteniveaus. Het lage gedeelte is een smal paadje met links en rechts steile hellingen. Op die hellingen groeit vooral wilg (die ook in de rest van het Wijtschot veelvuldig voorkomt), met een onderbegroeiing van voornamelijk bramen, brandnetels, dovenetels, grassen, ... In een aantal wilgen groeien klimplanten. De juiste soort ken ik niet, maar aan het blad te zien, leek het me Hop.

Het hoge gedeelte is anders van opbouw. Het is veel breder, met in het midden een grasweg, en aan de rand en op de hellingen staan grote(re) bomen en struiken. Tussen de grasweg en de rand groeien lage struiken en grassen. In het eerste gedeelte zijn dat vooral bramen, waardoor er weinig anders meer groeit. In het tweede gedeelte is dat hoofdzakelijk gras, aangevuld met riet, een aantal schermbloemigen (ik denk wilde peen), rozen (o.a. hondsroos), kruiskruid, boerenwormkruid, wilgenroosjes, teunisbloem, en nog enkele andere planten. Helemaal op het einde van de berm (tegen het Albertkanaal) is, spijtig genoeg, de japanse duizendknoop in opmars.

Aan de rand van de grasweg staan ook enkele paddenstoelen, de meest voorkomende soort hierboven in de kale inktzwam.

Ik ben terug gekeerd langs de put, en dan langs het Reeënbos terug naar de ingang. In het Reeënbos ben ik nog een paar mooie exemplaren van de geschubde inktzwam tegengekomen.

Als het vrijdag mooi weer is, kom ik terug om een ander stukje van het Wijtschot te beleven...

27 oktober 2005

Les 3: Fysisch milieu

De titel van deze les klinkt nogal ruim en ik kan er niet direct iets bij voorstellen. Maar de les zelf was des te interessanter. De lesgever is Roger Haest, een geograaf. Hij begon bij het begin, de platentektoniek, het bewegen van de aardkorst. Op sommige plaatsen groeien die platen aan, bijvoorbeeld op de Midatlantische rug, waardoor het Europese en het Amerikaanse continent ieder jaar 5cm uit mekaar groeien. Op andere plaatsen botsen of schuren die platen dan weer tegen mekaar. Zo gebeurde het op 26 december 2004 toen de Indische plaat plots 20m onder de Aziatische plaat schoof, met de verwoestende tsoenami als gevolg.

Het tweede deel van de les ging over de gesteentecyclus. Er zijn 3 grote klassen van gesteenten:
  • stollingsgesteenten, die ofwel in de diepte ontstaan (bv. graniet), ofwel aan het oppervlakte als uitvloeiingsgesteente (bv. touwlava);
  • sedimenten worden gevormd door verwering van stollingsgesteenten en worden geklasseerd volgens grootte (grint > zand > silt - klei). Na een tijdje komen sedimenten samen en vormen sedimentgesteenten;
  • metamorfe gesteenten zijn sedimentgesteenten die onder invloed van temperatuur en druk een verandering ondergaan hebben (een metamorfose).
Daarnaast zijn er ook nog mineralen, deze kunnen beschouwd worden als gerecycleerd materiaal. Vuursteen bijvoorbeeld is ontstaan uit de skeletten van kiezelwieren.

We mochten in 3 groepjes stenen klasseren volgens de drie bovenstaande klassen. In ons groepje ging dat goed. Er bleven een paar stenen over die we niet in één van die klassen konden plaatsen. Dat waren dan de mineralen.

Het derde deel van de les ging over de bodem, dit is de eerste 120 cm onder het oppervlak. We leerden over de verschillende lagen (horizonten) in de bodem, hoe we een bodemkaart moeten interpreteren. We gingen kijken naar de uitgestalde bodemkaarten van Boom in het zuiden tot Kalmthout in noorden. We zagen de overgang van de bodem (zand > lemig zand > zandleem > leem). We leerden over de bodem rond de rivieren, over de paraboolduinen in het noorden.

Het laatste deel van de les ging over het ontstaan en de geschiedenis van de Noorderkempen. Hoe de opeenvolging van de verschillende ijstijden een invloed hadden op de vorming van ons landschap, de noord-zuid-oriëntatie van grote rivieren in Midden-België, waarom de Maas en de Rijn in Nederland afbuigen naar het westen, hoe er in onze streken (toch een eindje van de kust) toch nog duinen kunnen zijn (Herentals - Loonse en Drunense duinen, Lommelse Sahara).

Samengevat: dit was een heel interessante les. Roger Haest heeft deze les zeer boeiend gebracht en door de praktische momenten kregen we toch wat grip op de materie.

22 oktober 2005

Herfstexcursie Oude Landen

Zaterdag was onze eerste excursie, in de Oude Landen. Met de cursus Natuur-in-Zicht waren we hier ook al eens geweest, en toen was het ook geen denderend weer. Nu gingen we direct door het Veltwijckpark naar de Oude Landen.

Op het natte stuk kregen we een uitgebreide uitleg over hoe de boom zich aanpast aan de veranderende seizoenen, hoe bladgroen en voedingsstoffen worden teruggetrokken in de stam en vooral in de wortels, waarom de bladeren verkleuren en tenslotte afvallen, waarom in de zomer de knoppen voor het volgende jaar al gevormd worden, ... We maakten kennis met de geur van de bessen van de gelderse roos. Deze bessen blijven als laatste aan de struiken hangen, want ook de vogels lusten ze niet graag. Pas als alle andere bessen op zijn, wagen ze zich er toch aan.

Na het bosgebied kwamen we tussen het riet terecht en even later stonden we op een weide. Hier wordt aan natuurbeheer gedaan... door Galloway-runderen. Op het natte stuk staan ze alleen in de zomer en het najaar. Op het droge stuk staan ze vanaf deze zomer het hele jaar door.
In het grasland groeit in het begin van de zomer een speciaal plantje: de ratelaar. Dit is een halfparasiet op de wortels van gras. Even verderop komen we bij de zwarte els. Dit is eenhuizige en tweeslachtige plant.

Eenhuizig/tweehuizig en eenslachtig/tweeslachtig zal nog dikwijls herhaald worden in de lessen en excursies.
"Huizig" is op niveau van de boom. Als zowel mannelijke als vrouwelijke "bloemen" in 1 boom zitten, dan spreken we van "eenhuizig". Een goed voorbeeld is de zwarte els, die heeft zowel mannelijke als vrouwelijke katjes. Ander voorbeeld is de hazelaar. Bomen en struiken die ofwel mannelijke, ofwel vrouwelijke "bloemen" hebben, noemt men "tweehuizig". De wilg is hiervan een bekend voorbeeld. Je hebt wilgen met mannelijke katjes, en je hebt wilgen met vrouwelijke katjes.
"Slachtig" is op niveau van de bloem. Als het bloempje zowel stamper (vrouwelijk) als meeldraden (mannelijk) heeft, dan noemt men dat "tweeslachtig". Bloemen met alleen maar meeldraden, of alleen maar een stamper, zijn "eenslachtig".

Herfstexcursie in de Oude Landen

We klimmen uit het natte gebied en komen in het droge gebied op de centrale sintelweg in de Oude Landen. Dit stuk werd oorspronkelijk aangelegd als rangeerstation, maar omdat treinen enorm veel wegen, zouden de treinsporen in de zachte kleibodem zakken. Daarom heeft men hier stenen en sintels aangevoerd, en keihard aangestampt om de enorme druk te kunnen weerstaan. Je krijgt hier geen spade in de grond. Omdat ook hier verbossing optreedt en omwille van het ongelijke terrein, werd beslist om ook hier runderen het gebied te laten beheren. Galloway-runderen zijn daarvoor goed geschikt, want zij hebben eigenlijk geen menselijke "hulp" nodig, noch bij het zoeken naar voedsel, noch bij het kalveren en kunnen zeer goed overleven in slechte weersomstandigheden (ze komen oorspronkelijk uit Schotland).

Een eind verderop langs de sintelweg komen we twee "prikkerige" struiken tegen. De meidoorn en de hondsroos. Hét grote verschil tussen beide struiken is dat de meidoorn doornen heeft en de hondsroos stekels. Een doorn is een takje op zich, dat sterk verhard en gepunt is. Een stekel is een vergroeiing van de opperhuid van de tak. Als je een stekel van de tak trekt, zal die slechts oppervlakkig beschadigd zijn.

Langs de kastanjes (die enorm te lijden hebben onder de kastanjemineermot, een mot die haar eitjes legt in de bladeren van de kastanjes, waardoor de rupsjes het blad volledig "leeg" eten, waardoor het afsterft en afvalt) keerden we terug naar het Kasteel Veltwijck.

Ik kende de Oude Landen al redelijk goed, maar iedere keer dat ik er kom, leer ik toch weer wat bij...

13 oktober 2005

Les 2: Indeling & Planten

Toen ik woensdagavond binnenkwam in het Natuur.huis was ik blijkbaar de eerste (ik was nogal vroeg). Lucas bevestigde wat ik al vermoedde: dat hij weggaat bij Natuurpunt. Hij wordt namelijk boswachter bij de Vlaamse overheid, en krijgt het beheer over Sint-Annabos op Linkeroever, de haven, het Mastenbos en het Elsenbos in Stabroek. Ik vermoedde al zoiets want ik had 's middags op de website van Natuurpunt al een vacature zien staan voor secretariaatsmedewerker in Ekeren.

Over naar de les: Annie gaf de les over de planten. Omdat zij niet zo goed met de laptop kan werken, mocht ik de Powerpoint-presentaties opstarten en met de beamer projecteren op de muur. De opstelling van het lokaal was ook een beetje veranderd: de banken schuin langs de kanten en omgekeerd t.o.v. vorige week. Eigenlijk was dit een dubbele les. Het eerste deel ging over de indeling van de organismen. Toch belangrijk om te weten hoe die indeling ongeveer in mekaar zit, en ook dat de zwammen niet (meer) bij de planten ingedeeld worden. Het tweede deel ging dan over de planten, waarbij natuurlijk ook de mossen en de varens aan bod kwamen. Net voor de pauze mochten we nog wat didactisch materiaal bekijken en benoemen (niet specifiek op naam, maar eerder op indeling).

Na de pauze kwamen dan de naaktzadigen en de bedektzadigen aan bod. En aan het einde van de les, vóór we naar huis mochten, was er nog een didactisch moment over de planten.

06 oktober 2005

Les 1: Inleiding en kennismaking

De eerste les was eigenlijk een voorstellingsles. Zowat alles en iedereen die met deze cursus te maken heeft, werd voorgesteld. Natuurlijk de cursus Natuurgids zelf, het klavertje vier van (a) theorielessen; (b) excursies in het veld; (c) terreinstudie en (d) stagewandeling. Maar ook de mensen die de cursus organiseren: Stella bij het CVN, achter de schermen, en Annie en haar ploeg begeleiders bij Natuurpunt Antwerpen Noord. Vervolgens kregen we 10 minuten tijd om onze buur-cursist te leren kennen, waarna we haar of hem kort moesten voorstellen aan de groep: waarom hij/zij de cursus wil volgen, wat wil hij/zij er later mee gaan doen, hobbies, voorgeschiedenis (er zijn 11 of 12 cursisten van de cursus Natuur-in-Zicht bij), allerlei nuttige en minder nuttige informatie, ...

Als iedereen mekaar had voorgesteld, was het tijd voor een korte pauze. Dan kregen we onze cursusbundel, een dik papier, recto-verso gekopieerd. Dat belooft...
Met een tas koffie of thee in de hand gingen we onze collega's van de Natuur-in-Zicht-cursus even gedag zeggen, babbelden we over de vakantie, ...

Na de pauze gaf Stefan Versweyveld, de voorzitter van Natuurpunt Antwerpen Noord, nog een uitleg over Natuurpunt in het algemeen en de afdeling Antwerpen Noord in het bijzonder. Wat ik daar vooral uit geleerd heb, is dat Natuurpunt op enorm veel vrijwilligers kan rekenen, die gesteund worden door een ploeg professionele medewerkers. Ze zijn actief op de domeinen: natuurbeheer, natuurstudie, "beweging" (organisatie van grotere activiteiten), beleid, ... zowel op het niveau van de afdeling, als in de lokale kernen. En meteen deed Stefan een oproep naar vrijwilligers. Wie zich geroepen voelt, om zich in te zetten voor de natuur, kan naar eigen vermogen en goesting komen helpen, bij het beheer (bv. de handen uit de mouwen steken op een werkdag), bij natuurstudie (bv. lieveheersbeestjes tellen), ...

Zelf ben ik als vrijwillger al actief binnen de kern Schoten, en ga ik soms helpen bij werkdagen in andere gebieden.

En daarmee was de eerste les gevuld. Volgende week gaat de cursus dan echt van start met een les over planten.

18 september 2005

Stagewandeling

Nee, dit gaat niet over mijn eigen stagewandeling - ik ben zelfs nog niet gestart met mijn cursus - maar wel de stagewandeling van Els. Zij volgt de cursus Natuurgids bij Natuurpunt Antwerpen Zuidrand in De IJsvogel in Fort 7. Als studiegebied heeft zij de Hortiflora in het Nachtegalenpark (Wilrijk) uitgekozen. En vandaag was daar haar stagewandeling. Die ging vooral over de bomen in het "park". De Hortiflora is eigenlijk een aangelegde tuin, met in het midden een grasperk met oa een Kruidentuin en een Rubenstuin, en rondom dat grasveld staan een heleboel verschillende bomen, zowel inheemse als uitheemse.

In het begin van de wandeling gaf Els ons de opdracht: "zoek een linde". We kregen een takje van de linde om te weten waar we naar moesten zoeken... maar het heeft toch lang geduurd voor we de linde hadden gevonden, want hij stond niet ín het domein, maar net erbuiten. Aan deze zoektocht was ook een prijs verbonden, een prijs voor iedereen in de groep, nl. lindethee!

Als het aan mij lag, is Els wel geslaagd voor haar stagewandeling. We kregen veel uitleg, ik heb weeral vanalles bijgeleerd, en weer een mooi stukje "natuur" leren kennen in de buurt...

05 september 2005

Opleidingscheques (3)

Gisteren even de bankrekening gecontroleerd en mijn inschrijvingsgeld was teruggestort.
Het heeft wel een tijdje geduurd, maar nu zijn de administratieve problemen van de baan...

29 augustus 2005

Fotopic

De foto's van de cursus Natuur-in-Zicht, die ik in april en mei heb gevolgd, had ik allemaal in 1 collection in mijn Arafi-gallery gezet bij Fotopic.

Maar omdat de cursus natuurgids over een heel jaar loopt, heb ik net een nieuwe gallery aangemaakt bij Fotopic. Voorlopig is er nog niets te vinden op http://natuurgids.fotopic.net

22 augustus 2005

Opleidingscheques (2)

Vorige week de opleidingscheques gaan afgeven op het secretariaat van het CVN in Antwerpen. Maar de persoon die de administratie doet, is terug in verlof. Ze komt 29 augustus terug en dat zal ze mijn inschrijvingsgeld terugstorten. Nog een weekje wachten tot 29 september dus...

26 juli 2005

Opleidingscheques (1)

Eindelijk zijn mijn opleidingscheques aangekomen. Nu moet ik ze zo snel mogelijk bij het CVN bezorgen, zodat ik mijn geld kan terugkrijgen.

Ik had me twee maanden geleden ingeschreven voor de cursus Natuurgids door het volledige bedrag van 165 € over te schrijven. Toen was ik nog werkloos en kon ik geen beroep doen op opleidingscheques. Intussen heb ik werk gevonden en zou ik wel met opleidingscheques kunnen betalen, maar ik had me dus al ingeschreven. Gelukkig mag ik van het CVN toch met opleidingscheques betalen, en zodra dat gebeurd is, krijg ik mijn oorspronkelijke 165 € teruggestort.

25 juli 2005

Aanmaak van deze blog

Zonet heb ik deze blog aangemaakt. Ik heb me namelijk ingeschreven voor de bekende cursus Natuurgids die het CVN reeds verschillende jaren organiseert. Dit najaar in samenwerking met Natuurpunt Antwerpen Noord in Ekeren.

Eerste werk is de layout en de verschillende elementen van deze weblog aan te passen. Daarna wil ik in PHP nog een systeem schrijven om mijn waarnemingen bij te houden. Dat zal een werkje voor augustus en/of september zijn. Dat zou wel op punt moeten staan als de cursus start, op 5 oktober. Vanaf dan begin ik hier op deze weblog mijn waarnemingen en ervaringen neer te pennen (om even een in deze context wat verouderd woord te gebruiken).